Op 18 augustus zijn we, Johan Torfs - in juli 10 jaar geworden - en ik - die eind augustus 53 wordt - vroeg opgestaan want het was nog een uur rijden tot in Sault en ik wilde voor de middag op de top van de Mont Ventoux staan. Ik wist van vorige beklimmingen dat na de middag de beklimming veel zwaarder wordt, hetzij door
de warmte, hetzij door de toenemende wind. Uiteindelijk zijn we rond half acht vanuit Sault vertrokken.

De eerste 20 km gingen vlot. Onderweg zijn we twee maal gestopt om een koek te eten en eens goed te kunnen drinken. Op de iets steilere stukken greep Johan toch al naar zijn kleinste versnelling (24/24, 1.86m) en dat baarde me wel wat zorgen voor de laatste 6 km op de echte Kale Berg.
In Chalet Reynard zijn we wat gaan drinken en daar heb ik Johan dan gevraagd of hij wel verder wilde rijden tot de top. "Ja natuurlijk, papa, je denkt toch niet dat ik heel dat stuk geklommen heb om hier te stoppen?!", klonk het vol zelfvertrouwen.
Na het eerste zeer steile stuk achter Chalet Reynard wordt het gelukkig iets minder want anders was hij nooit boven geraakt. Onderweg zijn we nog een paar keer kort gestopt. Om even te rusten maar vooral om telkens te kunnen drinken, wat voor Johan op de fiets te moeilijk was. Ik had 2 grote drinkbussen bij me, zodat ik de zijne een paar maal heb kunnen bijvullen. Ikzelf heb het dan maar bijna zonder drinken gedaan.
Onderweg werd Johan door heel wat ventouristen aangemoedigd. Meestal was dat een kort "Bravo petit!" of "Super petit!". Soms vroegen ze ook wel
hoe oud hij was.
Na nog een korte stop aan de parking opdat hij zeker op het laatste steile stuk niet zou moeten afstappen stonden we na 3u39' op de top. De rijtijd volgens onze fietscomputers was 2u43'. Boven zag je alle mensen echt kijken en zich afvragen of dat kleine mannetje echt wel helemaal naar boven gereden was. Maar zijn fiere blik liet daarover geen twijfel bestaan.

Voor mij was dit de zesde beklimming. Als je wat geoefend bent kan je deze manier van klimmen vergelijken met een rit in de Ardennen, waar je na elke klim tijdens de afdaling kan uitrusten. De bijgevoegde foto's heb ik ook bijna allemaal al fietsend gemaakt.

Ik was op 18 juni als werknemer van DEME (62 deelnemers) met het Sporta-evenement al twee maal naar boven gereden. De tweede keer vanuit Bedoin bij 34 graden in de schaduw was toen verschrikkelijk zwaar.

Vijf dagen geleden was ik drie keer naar boven gereden. Vanuit Malaucène in 2u19'. Vervolgens na wat rust en eten vanuit Bedoin, met nog een stop in Chalet Reynard in 2u58' en tenslotte vanuit Sault in 2u40', waarbij ik onderweg ook nog enkele keren gerust heb. De laatste keer vanuit Sault was ook zeer zwaar, natuurlijk door een toenemende vermoeidheid maar vooral door de zware mistral die in de namiddag was opgestoken. De wind was toen zelfs zo hevig dat ik tijdens de afdaling naar Malaucène op bepaalde plaatsen moest trappen om vooruit te geraken en de eerste 5 km van de afdaling niet sneller dan 20km/uur durfde te rijden. Na 11u30' stond ik terug op mijn vertrekpunt in Malaucène.

Volgend jaar gaan we terug.

Wim Torfs
Cinglé du Mont Ventoux Nr 1476